Plaatsing van terras in klinkers

Bij de plaatsing van klinkers maken we een verschil tussen de plaatsing van klinkers en de plaatsing van kasseien.

- Het plaatsen van klinkers kan je vergelijken met dat van tegels. Je moet wel dieper graven, aangezien de stenen dikker zijn. Het is belangrijk eerst de boorden en buitenste rijen te plaatsen, vooraleer je de rest van het terras legt. Op het einde worden de klinkers met een machine aangetrild. Wacht daar zeker niet te lang mee, want dat moet nog gebeuren terwijl het gestabiliseerd zand nog ‘vers’ is.

De voegen kan je leggen op twee manieren.
Voegen van stenen die elkaar raken (1 à 2mm), worden met fijn zand opgevuld. Je strooit zand op de oppervlakte en borstelt het ruw in. De regen doet de rest.
Wil je een decoratieve mortelvoeg, dan moet je rekenen op 450 kg per m³. Je giet de vloeibare mortel uit en strijkt het open met een trekker. Daarna reinig je het oppervlak grond met zand. Dat doe je best niet met klinkers met een ruw oppervlak.

- De plaatsing van kasseien gebeurt zonder het aandammen van de laag gestabiliseerd zand. Je graaft tot op de vaste grond en spreidt er een dikke laag stabiel zand op uit. Daarna maak je daar stuk per stuk een putje in om de steen erin te leggen en het met je rubberen hamer zijn definitieve positie te geven. De –meestal onregelmatige en brede- voegen worden daarna opgevuld met zand, dat met water wordt bevochtigd, of met licht aangedrukt gestabiliseerd zand. Eventueel wordt het ook nog afgewerkt met voegmortel. Deze laatste methode zorgt ervoor dat de voeg meer ondoordringbaar is en ook beter weerstaat aan onkruid.

Bron: beter bouwen en verbouwen